Na twaalf jaar ontmoet speciaal FBI agent Aloysius Pendergast zijn vrouw Helen terug. De ontdekking dat zij nog leeft, is voor hem een schok, die al snel opgevolgd wordt door een volgende schok. Zijn vrouw wordt voor zijn ogen ontvoerd. Hij gaat haar achterna doch kan helaas niet verhinderen dat zij voor zijn ogen wordt doodgeschoten. Ondertussen teistert een seriemoordenaar New York. Hij vertoont zich openlijk aan de camera’s en lijkt over een soort zevende zintuig te beschikken om steeds op het juiste moment te ontsnappen. Hij speelt met de onderzoekers door steeds weer een lichaamsdeel achter te laten. Hij is erop uit om vooral Pendergast te prikkelen en tot handelen aan te zetten, doch Pendergast is door het overlijden van zijn vrouw totaal van de kaart en het duurt dan ook geruime tijd voordat hij tot handelen over gaat. Het verhaal wordt steeds gruwelijker en het wordt een jacht tot diep in de ondoordringbare jungle van Zuid-Amerika, naar een plaatsje Nova Godói waar der Bund allerlei experimenten uitvoert. Voor Pendergast wordt steeds duidelijker wie zijn vrouw Helen Esterhazy was, een nazaat van een naziarts met geen geweten. Douglas Preston en Lincoln Child, reeds jaren een succesvol schrijversduo, prikkelen al onze zintuigen, nemen ons mee op jacht en laten ons de gruwelen van nazi-experimenten zien. Dit boek is een ware pageturner die je niet makkelijk weglegt. Caroline Van den Neste (5) Two graves I Luitingh I 2013 I Paperback I 480 Blz. I 9789024559350 I Preston & Child
0 Comments
Dhooge heeft zijn naam nu al een poosje gevestigd als een van onze belangrijkste Vlaamse thriller auteurs, en een beetje ook als de man die elk jaar niet twee of drie maar vijf tot acht nieuwe boeken aflevert in verschillende genre’s, waaronder jeugdromans, sciencefiction en horror. Zijn trilogie over de zombie-agent Styx is aangekondigd om een tv-reeks van te maken. Tussendoor pleegt hij soms wel eens een absoluut vreemd buitenbeentje, zoals deze roman hier. In een heel nabije toekomst leren we vijf erg verschillende mensen kennen die enkel aangeduid worden met een letter. N werkt ’s nachts in een verffabriek, K is lerares kunst en een mislukte schilderes, S werkt in een ziekenhuis, A is beursgoeroe en cijferanalyst bij een bank en bereidt zich voor op de marathonloop in New York, T is een jonge kapper. Deze vijf ontdekken op een dag een vreemde geur die geleidelijk aanzwelt tot een afschuwelijke stank. Zij niet alleen uiteraard want de stank verspreidt zich als een epidemie over heel de wereld. De wetenschap stort zich op het fenomeen en probeert uit te vissen wat de stank is, waar hij vandaan komt, wat hem veroorzaakt. Een biochemische ramp, een terroristische daad, een onbekend natuurfenomeen? Het is aan de hand van de vijf enkelingen (plus D, een vriendinnetje van T dat hem helpt bij zijn zoektocht naar de origin van de stank) dat de evolutie en de gevolgen van de stank voor mens en wereld gevolgd wordt. Voor hen wordt het een innerlijke reis in zichzelf en hun relatie tot de verpestende stank. Niet voor niets vormen de letters die als hun namen gebruikt worden het woord ‘STANK’, Dhooge haalt uit met zwaar sarcasme en harde psychologie, maakt er ook een parodie van op de houding van de wereldleiders en verwerkt zijn vijf protagonisten zelfs in een satirisch ‘kook en eet’ programma waarbij ruiken centraal wordt. Het sciencefiction thema loopt niet uit op een apocalyptische wereldondergang, maar vertakt zich meer in fazen van een vaak surrealistisch aandoende sociale roman. Geen boek om als lustige ontspanning even te lezen, zelfs een moeilijk boek om te vatten waar de auteur eigenijk heen wil, en de ontknoping, als je die zo kan noemen, lijkt zelfs bijna een satirische voetnoot. De moeite waard om het te proberen, en dus een beetje in de lijn van enkele literaire romans waaraan Dhooge zich de laatste jaren gewijd heeft, maar geen spek voor de liefhebber van zuivere ontspanningslectuur. Eddy C. Bertin (3½) De stank I Zilverspoor I 2014 I Paperback I 211 Blz. I 9789490767853 I Bavo Dhooge
Martin is natuurlijk overbekend door zijn volumineuze fantasyromans, waaronder de reeks ‘Het Lied van IJs en Vuur’ dat leidde tot de wereldwijd bekeken HBO-reeks ‘The Game of Thrones’, maar vroeger waagde de auteur zich al eens aan losse romans in het SF of horror genre. Daartoe behoort dit boek dat uit 1982 stamt maar nu eindelijk in het Nederlands verschijnt. Abner Marsh is kapitein van een aantal rivierboten op de Mississippi maar zit financieel aan de grond. De harde winter van 1857 heeft zijn schepen vernietigd en hij bezit alleen nog een kleine oude rivierboot. Dan wordt hij opgezocht door Joshua York, een steenrijke aristocraat, die hem de kans geeft zijn droomboot te bouwen, een luxueuze supersnelle rivierstomer, maar onder Yorks strenge voorwaarden. De enorme salon van het schip moet volledig behangen zijn met spiegels, er moet veel zilver in verwerkt worden, Joshua en zijn gezellen logeren op het schip, maar mogen nooit lastig gevallen worden. Natuurlijk hapt de kapitein toe, en de ‘Fevre Dream’ wordt gebouwd. Maar de ruwe en wantrouwige Abner wordt met steeds vreemdere zaken geconfronteerd aan boord en begint heel duistere vermoedens te krijgen over de aard van Joshua en diens vrienden. Ze slapen heel de dag, en komen alleen uit hun kajuiten als het donker is. Wanneer de kapitein Joshua eindelijk wat harde vragen stelt, vertelt deze dat hij en zijn vrienden vampierjagers zijn: ze gedragen zich zoals hun prooi, de spiegels en het zilver zijn bescherming. Abner laat zich overtuigen door het relaas van Joshua, maar blijft wantrouwig. Terecht ook. In Louisiana op een verlaten plantage hokt Damon Julian, een oervampier en belichaming van het kwaad zelf, met een heel stel uitgehongerde vampiers, die beginnen uit te zwermen over de rivier en de schepen. De Nosferatu, zoals ze zichzelf noemen, zijn een ras ouder dan de mens, en leven alleen voor de onstuitbare bloeddorst. Ook Joshua en zijn gezellen zijn vampiers, maar hij heeft een drank ontwikkeld waarmee hij de bloeddorst kan tegenhouden zodat hij en zijn groep min of meer kunnen leven als mensen. Joshua is een dromer die mens en Nosferatu wil samenbrengen. Tja, een idealist ziet alles te rooskleurig, en al vlug zit kapitein Marsh geklemd in een bloederige strijd tussen de twee clans. Een heel vlot en boeiend geschreven griezelboek waarin het vampirisme niet bovennatuurlijk is (hoewel hun krachten dat lijken voor de mensen) maar heel realistisch. De auteur neemt zijn tijd, het boek is soms traag maar de lezer krijgt tussendoor wel ruim zijn portie actie en realistische horror. De historische situering en de manier waarop de auteur inzicht geeft in de denkwijze van de Nosferatu roept automatisch herinneringen op aan Anne Rice’s fenomenale debuut met ‘Interview with the vampire’. Martin heeft zich ook goed gedocumenteerd en we krijgen een fascinerende blik op de wereld van de rivierstomers en het leven aan boord van zo’n schip en in de vele havens midden in de 19e eeuw. Zekere aanrader voor wie meer wil van zijn griezelroman dan enkel bloedvergieten. Eddy C. Bertin (5) Fevre Dream I Luitingh I 1982-2013 I Paperback I 352 Blz. I 9789024562022 I George R.R. Martin
Het is zo’n beetje een traditie in het genre van de politiethriller: als een politieman al de hoofdrol speelde in een aantal thrillers wordt het uiteindelijk altijd eens zijn beurt om tot hoofdverdachte van een moord gepromoveerd te worden. Zo ook in deze vijfde psychothriller rond Frieda Klein. Natuurlijk is Frieda geen politieinspecteur, ze is psycho-therapeute maar heeft in de vorige boeken haar speurzin als terdege uit de doeken mogen doen, op gevaar van haar eigen leven. En ook tot grote ergernis van de officiële politiediensten waar ze persona non grata geworden is, behalve voor inspecteur Karlsson die hier zelfs zijn carrière voor haar op het spel zet. Een man wordt uit de Theems opgevist, zijn keel is overgesneden en hij draagt een oud ziekenhuisband met daarop F. Klein. Als blijkt dat die man niemand minder is dan Sandy, de ex-vriend van Frieda, die speciaal voor haar een goede baan op gaf in de VSA waarna Frieda het schijnbaar zonder reden uitmaakte met hem, springt de politie erop. Nu is Frieda niet de eerste beste, ze is nog altijd getraumatiseerd door gebeurtenissen uit de vorige boeken, ze is eigenwijs, egocentrisch, en alleseisend voor iedereen. Haar hersens werken niet zoals bij een gewone mens, ze laat zich leiden door intuïtie en maakt fouten, én vijanden door haar vaak arrogant gedrag. Zelfs voor de lezer komt ze niet altijd sympathiek over en vaak snapt deze ook niet waarom ze bepaalde dingen doet, en wat ze nu feitelijk denkt te bereiken. Frieda wordt hoofdverdachte en in plaats van het gewoon uit te zitten, slaat ze op de vlucht. Ze is ervan overtuigd dat de dader de mysterieuze Dean Reece is, een seriemoordenaar die haar zowel stalkt als beschermt voor zijn eigen onbegrijpelijke redenen. De politie is er van overtuigd dat Reece dood is, en dus gaat Frieda zelf aan de slag. Gelukkig heeft ze heel wat vaak bizarre vrienden bij wie ze onderkomen en hulp vindt. Een intrigerende en spannende psychothriller die de lezer vaak alle mogelijke verkeerde kanten uitstuurt, maar die finaal toch alle draadjes samenbrengt. Enfin, laten we zeggen: bijna alle. De wat abrupt komende post-finale luidt trouwens een nieuwe fase in in het drukke en bizarre leven van Frieda waar we dus al naar kunnen beginnen uit te kijken. Tenslotte zijn er in elk geval al nog drie verdere Frieda boeken gepland. Dit is best op zichzelf te lezen maar het is wel interessanter als je de vorige ook kent, want heel wat personages daaruit maken hier weer hun opwachting. Nicci French is uiteraard het Britse echtpaar Nicci Gerard en Sean French, die hiervoor al een hele resem thrillers en ook gewone romans op hun actief hebben. Eddy C. Bertin (5) Forensisch onderzoeker Kay Scarpetta krijgt te maken met moord vlak bij haar huis in Cambridge, Massachusetts. Vooral de hoek waaronder het slachtoffer is doodgeschoten, van grote hoogte terwijl er geen hoge gebouwen in de buurt staan, stelt haar en de politie voor grote raadsels. Onenigheid binnen het politiekorps, een hinderlijk detective namens een verzekeringsbedrijf en persoonlijke problemen van nicht Lucy compliceren de zaak verder, zeker als er meer slachtoffers vallen. Dit is de 22e thriller met Kay Scarpetta in de hoofdrol. Dit houdt in dat de lezer min of meer bekend wordt verondersteld met voorafgaande ontwikkelingen. Dat geldt vooral voor de privésfeer. De schrijfster is sterk in het verschaffen van technische en forensische details. Ook de persoonlijke vetes en de na-ijver tussen politie en FBI passen naadloos in het verhaal. Dat geldt voor andere zaken wat minder en dat is jammer voor een goed, doch enigszins langdradig verhaal. Patricia Cornwell was lange tijd een vooraanstaand misdaadverslaggeefster. Haar werk over de vrouwelijke patholoog-anatoom Kay Scarpetta is ‘s werelds bestverkochte thrillerserie en is onder meer bekroond met de Edgar Award en de Gold Dagger Award. Zie ook www.patriciacornwell.com 'Patricia Cornwell is niet alleen een begenadigd thrillerschrijver, maar is ook de grondlegger van een vooraanstaand forensisch instituut in Virginia.' Hoogstwaarschijnlijk zit hier weer een Hollywood interesse achter. Tom Op De Beek (4) Luitingh I Paperback I 9789024566983 I 384 Blz. I Patricia Cornwell
|
Archives
September 2016
Categories
All
|