'Khaled, Khaled, kom gauw, jouw werk is op televisie,' riep zijn vader vanuit het huis. Met lood in de schoenen ging Khaled naar binnen. Hier was hij al bang voor geweest. Hij had het zijn vader natuurlijk meteen moeten vertellen. Maar die maakte zich altijd al zoveel zorgen om niets.
Op het scherm herkende Khaled het berglandschap. Het logo van CERN, het Europees instituut voor deeltjesfysica, was in beeld. Het kostte hem moeite om zich op het verhaal te concentreren. Het was iets met een instorting op een van de onderhoudsites aan de oppervlakte. Khaled herkende de plek meteen: de parkeerplaats, de palletopslag, de loods, de afvalcontainers. Op de plek waar normaal de afvalcontainers stonden, zat nu een rond gat in de grond. Khaleds hart kromp ineen toen hij de omvang van het gat zag, meer dan een meter doorsnede. Zijn mond en keel voelden droog aan en hij had hevige kramp in zijn buik.
Zijn vader draaide zich om in zijn stoel en zei: 'Dat is ook wat, stel dat je daar net bezig was geweest, dan was je er misschien ingevallen. De voorzienigheid van Allah heeft je hierheen gestuurd.'
Khaled wist niet wat hij moest zeggen. 'Sorry papa, ik moet nodig naar de wc,' was alles wat hij uit kon brengen.
Toen hij terugkwam, keek zijn vader hem onderzoekend aan. 'Wat is er met je aan de hand, Khaled?' vroeg hij. 'Ben je ziek geworden daar? Of hebben ze je ontslagen? Ben je daarom hier?'
Khaled schudde zijn hoofd. Hij begreep dat hij het niet langer voor zich kon houden. 'Papa,' zei hij, terwijl hij zijn hand op zijn vaders schouder legde, 'ik moet je iets vertellen. Laten we op een rustig terrasje aan de haven thee gaan drinken.'
Zwijgend liepen Khaled en zijn vader naar de haven. Zijn vader vroeg niets meer. Hij had zich de laatste dagen al afgevraagd wat er met zijn zoon aan de hand was. En nu zou het antwoord komen. Was Khaled misschien homo? Hij schrok van deze gedachte. Khaled was niet getrouwd, terwijl sommige van zijn broers al drie kinderen hadden. Maar aan de andere kant wilde Khaled eerst zijn studie afmaken, dus dan kon een man beter niet trouwen, anders had hij te veel sores aan zijn hoofd. Een ernstiger gedachte kwam bij hem op. Had Khaled kanker opgelopen bij dat vervloekte kernonderzoek daar in Zwitserland? Dit soort vragen tolden rond in zijn geest. Maar hij hield zich in. Nu zou alles duidelijk worden.
Toen ze met een glas zoete thee op het terras zaten, begon Khaled aarzelend met zijn verhaal: 'Papa, je weet dat ik ben gaan werken om mijn studie te betalen.'
Zijn vader knikte. 'Natuurlijk weet ik dat. Je maakt zelfs elke maand geld naar mij over. Waarvoor ik je heel erg dankbaar ben,' zei hij.
Khaled glimlachte. 'Ja,' zei hij, 'maar ik heb je teleurgesteld vader. Die studie is mislukt. Ik haalde alleen maar onvoldoendes. Ik ben gewoon niet slim genoeg. Dus heb ik het opgegeven. Ik ben daar alleen maar blijven werken om jou na de dood van mama een prettige oude dag te geven,' gooide hij er in één adem uit.
Zijn vader kreeg tranen in zijn ogen en omhelsde hem. Met gesmoorde stem zei hij: 'Jongen, wat maakt dat nou uit. Het belangrijkste is dat je het geprobeerd hebt. Allah heeft niet iedereen begenadigd met een scherp verstand. Maar als je doet wat je kunt en goed leeft, dan verdien je toch je plaats in zijn wereld. En ik ben echt heel blij met het geld dat je stuurt.'
Toen zij weer zaten en nieuwe thee besteld hadden, ging Khaled verder. 'Misschien heb ik het ook een beetje aan mijzelf te wijten,' zei hij. 'De hospita waar ik introk vroeg mij al na een week of ik haar nachtelijke eenzaamheid wilde helpen verdrijven. Zij is bijna vijftien jaar ouder dan ik, maar wat een vrouw, heerlijk mollig en nog een mooi strak lijf. Ik gaf maar al te graag toe aan haar verlangens; elke nacht kroop ik bij haar in bed. Daardoor was ik de volgende dag niet altijd voldoende uitgerust. Dat zal er ook wel aan bijgedragen hebben dat het mij niet lukte om mij op mijn studie te concentreren.'
Zijn vader had met stijgende verbazing geluisterd en barstte toen in lachen uit. Hij hield niet meer op. Het lachen werkte aanstekelijk, zodat zij al snel allebei hysterisch zaten te lachen. Na een poosje wist zijn vader uit te brengen: 'Gelukkig ben je geen homo.' Hierop schaterden zij het opnieuw uit. Toen zij eindelijk bedaard waren, bestelden zij nieuwe thee.
Zijn vader vroeg: 'Hoe is het nou met die vrouw, die hospita van je?'
Khaled haalde zijn schouders op. 'Ach,' zei hij, 'zij wilde van het begin af dat ik met haar zou trouwen. Maar daar had ik helemaal geen zin in. Onze relatie draaide alleen maar om de seks, ik was niet verliefd op haar. Toen ik dan ook in een appartement van CERN kon gaan wonen, heb ik dat meteen gedaan.'
Ze zwegen allebei even, verloren in hun eigen gedachten. Khaled pakte de draad weer op met de vraag: 'Heb je indertijd op televisie gezien dat er een explosie is geweest in die nieuwe Large Hadron Collider?'
'Ja, natuurlijk,' zei zijn vader, 'je weet dat ik alles volg wat met CERN of Zwitserland te maken heeft.'
'Ik zat in een van de opruimploegen. Al het beschadigde materiaal moest verzameld worden voor onderzoek. Toen we daar mee klaar waren, liep ik richting kleedkamers. Ik zag wat betonstof en ander klein puin liggen onder de ondersteuning van de eerste magneetring, naast de plek van de explosie. Ik riep er iemand bij van de technische staf. Die heeft de schade bekeken en vond dat ik het maar gewoon op moest vegen en weg moest gooien. Ik had geen zin om voor dat beetje stof helemaal naar de containers te lopen, dus gooide ik het in een container die vlakbij apart stond, omdat een van de wielen niet helemaal soepel liep.'
Khaled pauzeerde even om zich het gebeuren goed voor de geest te halen. 'Die week was er een staking bij de afvalverwerkingsdienst, zodat er ook afval in de apart staande container was gegooid. Toen ik de week daarop de containers naar de ophaalplek had gereden, riep een vuilnisman me omdat een van de containers leeg was. Dat was vreemd want ik wist zeker dat zij allemaal vol waren. Maar inderdaad, de container met het haperende wiel was leeg.'
Een oude vriend van zijn vader liep langs en zij wisselden een paar woorden. Khaled keek intussen naar de oude vissersboten in de haven en het handjevol toeristen dat liep te fotograferen of op de schaarse terrasjes zat en hij vroeg zich af wanneer dit deel van Tunesië ook ten prooi zou vallen aan het massatoerisme. De vriend werd kennelijk door subtiele gebaren van zijn vader duidelijk gemaakt dat hij er deze keer niet bij kon komen zitten, want even later liep hij door. Waarop Khaled en zijn vader een plaspauze inlasten en vervolgens nieuwe thee bestelden.
Khaled ging verder met zijn verhaal: 'Na een paar dagen begon het me op te vallen dat de container, waarvan het wiel intussen was gerepareerd, niet vol te krijgen was. 's Middags vulde ik hem tot de rand met vuilniszakken en de andere morgen was hij, in elk geval in het midden, weer leeg. Er lagen alleen nog wat stukken van zakken langs de kant. Ik vroeg aan mijn vriend Sharif, die bij de beveiliging werkt, of hij op de beelden van de beveiligingscamera kon nagaan of er 's nachts iemand met de containers rommelde. Een paar dagen later vertelde hij dat er niets te vinden was op de beelden.'
Hij zweeg even en zei toen geëmotioneerd: 'Dit bewijst dat ik een sukkel ben, papa. Ik heb genoeg geleerd op school om te kunnen begrijpen wat er aan de hand moest zijn. Maar ik was zo in mijn domme schoonmakersrol opgegaan, dat ik niet meer helder nadacht.'
'Jongen toch,' zei zijn vader, 'wat was er dan aan de hand? Heb je iets verkeerds gedaan, iets misdadigs? Vertel het me alsjeblieft. Ik ben je vader.'
'Ach nee, het was niets misdadigs, papa. Het was alleen dat ik iets over het hoofd heb gezien wat ik eerder had moeten melden. Maar ik werd een beetje op het verkeerde been gezet. Op zich was het namelijk wel handig dat alle vuil vanzelf verdween in een container. Dat zou besparen op de verwerkingskosten. Dus op een dag meldde ik het aan mijn chef. Die dacht eerst dat ik gek geworden was, maar vervolgens besloot hij om de wondercontainer te inspecteren. En toen ging het helemaal fout.' Khaled huiverde ondanks de warmte van het middaguur. 'Vind je het goed dat ik een biertje bestel?' vroeg hij aan zijn vader.
Die keek om zich heen en haalde zijn schouders op. 'Als je het glas maar een beetje uit het zicht houdt.'
Toen het bier kwam, nam Khaled een ferme slok. Daarna zei hij: 'Mijn chef keek eerst achteloos in de container. Alsof hij mij niet het succes van een geslaagde grap wilde gunnen. Maar nadat hij het deksel had dichtgegooid, verscheen er een ongelovige trek op zijn gezicht. Hij keek nog eens en boog zich toen voorover in de container en greep naar iets.' Khaled sloot gepijnigd door deze herinnering even de ogen.
'Ineens gilde mijn chef het uit. Met een ruk werd hij de container ingetrokken. Het gillen hield abrupt op. Ik weet niet hoe lang ik daar heb staan kijken. Ik moest iets doen om hem te helpen. Toen ik het deksel opende schrok ik me te pletter. Het bovendeel van het hoofd en een onderarm waren weg. Het bloed stroomde eruit. Hij was dood, dat was zeker. Ik wist niet wat te doen. In paniek duwde ik zijn lichaam helemaal in de container.' Khaled trilde nu over zijn hele lijf. In één teug dronk hij zijn bier op.
'Maar jongen,' zei zijn vader geschokt, 'dat was jouw schuld toch niet. Jij hebt die containers toch niet gemaakt.'
'Jawel papa, het is wel mijn schuld,' zei Khaled. 'Toen ik aan het eind van de dag ging kijken, was de container vrijwel leeg. Er lagen alleen schoenen aan de zijkant, met de voeten er nog in. Op dat moment zakte de container aan één kant door zijn wielen. Ik voelde een kracht aan mijn benen trekken en sprong achteruit. De wielen van de container waren verdwenen en in een holte in het beton gezakt. Ik ben weggevlucht en heb het eerste vliegtuig hierheen genomen.' Khaled wreef de tranen uit zijn ogen.
Bezorgd sloeg zijn vader zijn armen om hem heen. Hij vreesde dat zijn zoon gek geworden was. 'Maar vertel dan toch waarvoor je zo bang was. Jij hebt die man toch niet gedood. Toe zeg het me.'
Khaled staarde zijn vader vol ongeloof aan. 'Snap je het dan niet papa? Door de explosie is een piepklein zwart gat ontstaan. Ik heb het opgeveegd en in de container gegooid. Alles wat ik daarna in de container gooide is erin verdwenen, waardoor het is gaan groeien. Nu zakt het naar het hart van de aarde en zal ons uiteindelijk allemaal opslokken.' Daarna legde hij het hoofd op zijn vaders schouders en huilde met lange uithalen.
Zijn vader hield hem stevig vast en klopte hem op de rug om hem te kalmeren. 'Toe nou jongen, rustig nou maar. Eigenlijk ben ik opgelucht. Ik was even bang dat je kanker had.'
© Adriaan van Garde
Op het scherm herkende Khaled het berglandschap. Het logo van CERN, het Europees instituut voor deeltjesfysica, was in beeld. Het kostte hem moeite om zich op het verhaal te concentreren. Het was iets met een instorting op een van de onderhoudsites aan de oppervlakte. Khaled herkende de plek meteen: de parkeerplaats, de palletopslag, de loods, de afvalcontainers. Op de plek waar normaal de afvalcontainers stonden, zat nu een rond gat in de grond. Khaleds hart kromp ineen toen hij de omvang van het gat zag, meer dan een meter doorsnede. Zijn mond en keel voelden droog aan en hij had hevige kramp in zijn buik.
Zijn vader draaide zich om in zijn stoel en zei: 'Dat is ook wat, stel dat je daar net bezig was geweest, dan was je er misschien ingevallen. De voorzienigheid van Allah heeft je hierheen gestuurd.'
Khaled wist niet wat hij moest zeggen. 'Sorry papa, ik moet nodig naar de wc,' was alles wat hij uit kon brengen.
Toen hij terugkwam, keek zijn vader hem onderzoekend aan. 'Wat is er met je aan de hand, Khaled?' vroeg hij. 'Ben je ziek geworden daar? Of hebben ze je ontslagen? Ben je daarom hier?'
Khaled schudde zijn hoofd. Hij begreep dat hij het niet langer voor zich kon houden. 'Papa,' zei hij, terwijl hij zijn hand op zijn vaders schouder legde, 'ik moet je iets vertellen. Laten we op een rustig terrasje aan de haven thee gaan drinken.'
Zwijgend liepen Khaled en zijn vader naar de haven. Zijn vader vroeg niets meer. Hij had zich de laatste dagen al afgevraagd wat er met zijn zoon aan de hand was. En nu zou het antwoord komen. Was Khaled misschien homo? Hij schrok van deze gedachte. Khaled was niet getrouwd, terwijl sommige van zijn broers al drie kinderen hadden. Maar aan de andere kant wilde Khaled eerst zijn studie afmaken, dus dan kon een man beter niet trouwen, anders had hij te veel sores aan zijn hoofd. Een ernstiger gedachte kwam bij hem op. Had Khaled kanker opgelopen bij dat vervloekte kernonderzoek daar in Zwitserland? Dit soort vragen tolden rond in zijn geest. Maar hij hield zich in. Nu zou alles duidelijk worden.
Toen ze met een glas zoete thee op het terras zaten, begon Khaled aarzelend met zijn verhaal: 'Papa, je weet dat ik ben gaan werken om mijn studie te betalen.'
Zijn vader knikte. 'Natuurlijk weet ik dat. Je maakt zelfs elke maand geld naar mij over. Waarvoor ik je heel erg dankbaar ben,' zei hij.
Khaled glimlachte. 'Ja,' zei hij, 'maar ik heb je teleurgesteld vader. Die studie is mislukt. Ik haalde alleen maar onvoldoendes. Ik ben gewoon niet slim genoeg. Dus heb ik het opgegeven. Ik ben daar alleen maar blijven werken om jou na de dood van mama een prettige oude dag te geven,' gooide hij er in één adem uit.
Zijn vader kreeg tranen in zijn ogen en omhelsde hem. Met gesmoorde stem zei hij: 'Jongen, wat maakt dat nou uit. Het belangrijkste is dat je het geprobeerd hebt. Allah heeft niet iedereen begenadigd met een scherp verstand. Maar als je doet wat je kunt en goed leeft, dan verdien je toch je plaats in zijn wereld. En ik ben echt heel blij met het geld dat je stuurt.'
Toen zij weer zaten en nieuwe thee besteld hadden, ging Khaled verder. 'Misschien heb ik het ook een beetje aan mijzelf te wijten,' zei hij. 'De hospita waar ik introk vroeg mij al na een week of ik haar nachtelijke eenzaamheid wilde helpen verdrijven. Zij is bijna vijftien jaar ouder dan ik, maar wat een vrouw, heerlijk mollig en nog een mooi strak lijf. Ik gaf maar al te graag toe aan haar verlangens; elke nacht kroop ik bij haar in bed. Daardoor was ik de volgende dag niet altijd voldoende uitgerust. Dat zal er ook wel aan bijgedragen hebben dat het mij niet lukte om mij op mijn studie te concentreren.'
Zijn vader had met stijgende verbazing geluisterd en barstte toen in lachen uit. Hij hield niet meer op. Het lachen werkte aanstekelijk, zodat zij al snel allebei hysterisch zaten te lachen. Na een poosje wist zijn vader uit te brengen: 'Gelukkig ben je geen homo.' Hierop schaterden zij het opnieuw uit. Toen zij eindelijk bedaard waren, bestelden zij nieuwe thee.
Zijn vader vroeg: 'Hoe is het nou met die vrouw, die hospita van je?'
Khaled haalde zijn schouders op. 'Ach,' zei hij, 'zij wilde van het begin af dat ik met haar zou trouwen. Maar daar had ik helemaal geen zin in. Onze relatie draaide alleen maar om de seks, ik was niet verliefd op haar. Toen ik dan ook in een appartement van CERN kon gaan wonen, heb ik dat meteen gedaan.'
Ze zwegen allebei even, verloren in hun eigen gedachten. Khaled pakte de draad weer op met de vraag: 'Heb je indertijd op televisie gezien dat er een explosie is geweest in die nieuwe Large Hadron Collider?'
'Ja, natuurlijk,' zei zijn vader, 'je weet dat ik alles volg wat met CERN of Zwitserland te maken heeft.'
'Ik zat in een van de opruimploegen. Al het beschadigde materiaal moest verzameld worden voor onderzoek. Toen we daar mee klaar waren, liep ik richting kleedkamers. Ik zag wat betonstof en ander klein puin liggen onder de ondersteuning van de eerste magneetring, naast de plek van de explosie. Ik riep er iemand bij van de technische staf. Die heeft de schade bekeken en vond dat ik het maar gewoon op moest vegen en weg moest gooien. Ik had geen zin om voor dat beetje stof helemaal naar de containers te lopen, dus gooide ik het in een container die vlakbij apart stond, omdat een van de wielen niet helemaal soepel liep.'
Khaled pauzeerde even om zich het gebeuren goed voor de geest te halen. 'Die week was er een staking bij de afvalverwerkingsdienst, zodat er ook afval in de apart staande container was gegooid. Toen ik de week daarop de containers naar de ophaalplek had gereden, riep een vuilnisman me omdat een van de containers leeg was. Dat was vreemd want ik wist zeker dat zij allemaal vol waren. Maar inderdaad, de container met het haperende wiel was leeg.'
Een oude vriend van zijn vader liep langs en zij wisselden een paar woorden. Khaled keek intussen naar de oude vissersboten in de haven en het handjevol toeristen dat liep te fotograferen of op de schaarse terrasjes zat en hij vroeg zich af wanneer dit deel van Tunesië ook ten prooi zou vallen aan het massatoerisme. De vriend werd kennelijk door subtiele gebaren van zijn vader duidelijk gemaakt dat hij er deze keer niet bij kon komen zitten, want even later liep hij door. Waarop Khaled en zijn vader een plaspauze inlasten en vervolgens nieuwe thee bestelden.
Khaled ging verder met zijn verhaal: 'Na een paar dagen begon het me op te vallen dat de container, waarvan het wiel intussen was gerepareerd, niet vol te krijgen was. 's Middags vulde ik hem tot de rand met vuilniszakken en de andere morgen was hij, in elk geval in het midden, weer leeg. Er lagen alleen nog wat stukken van zakken langs de kant. Ik vroeg aan mijn vriend Sharif, die bij de beveiliging werkt, of hij op de beelden van de beveiligingscamera kon nagaan of er 's nachts iemand met de containers rommelde. Een paar dagen later vertelde hij dat er niets te vinden was op de beelden.'
Hij zweeg even en zei toen geëmotioneerd: 'Dit bewijst dat ik een sukkel ben, papa. Ik heb genoeg geleerd op school om te kunnen begrijpen wat er aan de hand moest zijn. Maar ik was zo in mijn domme schoonmakersrol opgegaan, dat ik niet meer helder nadacht.'
'Jongen toch,' zei zijn vader, 'wat was er dan aan de hand? Heb je iets verkeerds gedaan, iets misdadigs? Vertel het me alsjeblieft. Ik ben je vader.'
'Ach nee, het was niets misdadigs, papa. Het was alleen dat ik iets over het hoofd heb gezien wat ik eerder had moeten melden. Maar ik werd een beetje op het verkeerde been gezet. Op zich was het namelijk wel handig dat alle vuil vanzelf verdween in een container. Dat zou besparen op de verwerkingskosten. Dus op een dag meldde ik het aan mijn chef. Die dacht eerst dat ik gek geworden was, maar vervolgens besloot hij om de wondercontainer te inspecteren. En toen ging het helemaal fout.' Khaled huiverde ondanks de warmte van het middaguur. 'Vind je het goed dat ik een biertje bestel?' vroeg hij aan zijn vader.
Die keek om zich heen en haalde zijn schouders op. 'Als je het glas maar een beetje uit het zicht houdt.'
Toen het bier kwam, nam Khaled een ferme slok. Daarna zei hij: 'Mijn chef keek eerst achteloos in de container. Alsof hij mij niet het succes van een geslaagde grap wilde gunnen. Maar nadat hij het deksel had dichtgegooid, verscheen er een ongelovige trek op zijn gezicht. Hij keek nog eens en boog zich toen voorover in de container en greep naar iets.' Khaled sloot gepijnigd door deze herinnering even de ogen.
'Ineens gilde mijn chef het uit. Met een ruk werd hij de container ingetrokken. Het gillen hield abrupt op. Ik weet niet hoe lang ik daar heb staan kijken. Ik moest iets doen om hem te helpen. Toen ik het deksel opende schrok ik me te pletter. Het bovendeel van het hoofd en een onderarm waren weg. Het bloed stroomde eruit. Hij was dood, dat was zeker. Ik wist niet wat te doen. In paniek duwde ik zijn lichaam helemaal in de container.' Khaled trilde nu over zijn hele lijf. In één teug dronk hij zijn bier op.
'Maar jongen,' zei zijn vader geschokt, 'dat was jouw schuld toch niet. Jij hebt die containers toch niet gemaakt.'
'Jawel papa, het is wel mijn schuld,' zei Khaled. 'Toen ik aan het eind van de dag ging kijken, was de container vrijwel leeg. Er lagen alleen schoenen aan de zijkant, met de voeten er nog in. Op dat moment zakte de container aan één kant door zijn wielen. Ik voelde een kracht aan mijn benen trekken en sprong achteruit. De wielen van de container waren verdwenen en in een holte in het beton gezakt. Ik ben weggevlucht en heb het eerste vliegtuig hierheen genomen.' Khaled wreef de tranen uit zijn ogen.
Bezorgd sloeg zijn vader zijn armen om hem heen. Hij vreesde dat zijn zoon gek geworden was. 'Maar vertel dan toch waarvoor je zo bang was. Jij hebt die man toch niet gedood. Toe zeg het me.'
Khaled staarde zijn vader vol ongeloof aan. 'Snap je het dan niet papa? Door de explosie is een piepklein zwart gat ontstaan. Ik heb het opgeveegd en in de container gegooid. Alles wat ik daarna in de container gooide is erin verdwenen, waardoor het is gaan groeien. Nu zakt het naar het hart van de aarde en zal ons uiteindelijk allemaal opslokken.' Daarna legde hij het hoofd op zijn vaders schouders en huilde met lange uithalen.
Zijn vader hield hem stevig vast en klopte hem op de rug om hem te kalmeren. 'Toe nou jongen, rustig nou maar. Eigenlijk ben ik opgelucht. Ik was even bang dat je kanker had.'
© Adriaan van Garde