Een leidraad tot het gros van het omvangrijke oeuvre van Murakami is het op losse schroeven zetten van ons idee van de realiteit, het verweven van dromen en onvoltooide verlangens met wat al dan niet werkelijk gebeurt. Hier krijgen we eindelijk de allereerste twee boeken van Murakami (ik aarzel om ze ‘romans’ te noemen) in Nederlandse vertaling. Murakami was 30 toen hij ‘Luister naar de wind’ schreef, een werk dat eerder een scenario voor een roman lijkt, een aaneenschakeling van losse fragmenten en anekdotes dat verscheen in 1979. Het verhaal zelf lijkt eerder geschreven door een tiener die zomaar wat autobiografische notities neerpent in zijn dagboek. Het verhaal zelf is slechts 104 blz. Murakami is zich bewust van de onrijpheid van dit werkje maar voor hem is de schijnbare wanorde wel specifiek voor dit prille werk. “Dit was ik vroeger, en hoe ik het ook wend of keer, dit zal ik altijd zijn,” schrijft hij in het voorwoord uit 1990. Ondanks of dank zij zijn gebreken kreeg het boek een literaire prijs, de push die Murakami nodig had om door te gaan. Een echt verhaal met een begin en een einde is er niet, maar men herkent er wel al heel wat typische elementen in die hij later beter zou uitwerken: vluchtige relaties, het zoeken naar enige vastheid in het leven, de speurtocht naar de eigen identiteit en drijfveren, diepgaande psychologische bespiegelingen en enkele heel mooie beschrijvingen. De ik figuur brengt een groot deel van zijn tijd door met zijn vriend, de Rat, in een bar. Het jaar daarop al verscheen ‘Flipperen in 1973’ in 1980, een wat volumineuzer boekje (het verhaal zelf is hier al 148 blz.) dat ook erg fragmentarisch is maar toch meer het formaat van een min of meer omlijnd verhaal heeft. Afwisselend aan beurt zijn weer de ik figuur, zijn vriend de Rat en Jay, de uitbater van hun uitverkoren café. De ik heeft een bizarre relatie met een tweeling maar verzandt weer in het proberen vasthouden aan relaties die gedoemd zijn verbroken te worden. Hij raakt geobsedeerd door flipperen en gaat bezeten op zoek naar die éne flipperkast waar hij vroeger zo dol op was. Het vinden van die kast tussen ettelijke anderen, als een eens levend maar nu dood wezen, vormt een hallucinante en surrealistische gebeurtenis, maar dan doet de auteur er niks meer mee, alsof het bereiken van zijn doel alle belang ervan vernietigt. In zijn al typerende vlotte stijl verwerkt Murakami stapels retro, van pop songs tot echte gebeurtenissen, de grens tussen realiteit en verbeelding die echt wordt is nabij maar wordt hier nog niet overschreden, dat is pas in latere werken. Ook de Rat gaat weg, waarom of waarheen? Dat komt pas twee jaar later uit als hij weer opduikt in ‘De jacht op het verloren schaap’ in 1982. Ook hier verschaft de auteur een voorwoord uit 2014. Na deze twee boeken werd Murakami fulltime schrijver. Twee vlot leesbare bescheiden werkjes, zonder veel reëele en tastbare inhoud maar natuurlijk belangrijk als zijn prilste werk en waarin de lezer heel wat elementen zal vinden die in zijn latere werken opduiken. Wie het oeuvre van Murakami nog niet ontdekt heeft zal hier echter weinig naar zijn gading vinden. Eddy C. Bertin (3) Kaze no uta wo kike (Hear the wind sing) + 1973-nen no pinbôru (Pinball 1973) I Atlas Contact I 1979-1980-2014 I Paperback I 122 + 164 Blz. I 9789025444372 I Haruki Murakami
0 Comments
Leave a Reply. |
Archives
September 2016
Categories
All
|