Zestig jaar geleden ging de film “20.000 mijlen onder de zee” in première, een Walt Disney-productie uit 1954 van Richard Fleischer met in de hoofdrollen Kirk Douglas, James Mason, Paul Lukas en Peter Lorre. Het scenario van de film is uiteraard gebaseerd op het gelijknamige boek (Vingt mille lieues sous les mers) van Jules Verne uit 1870.
Het was één van de eerste films die ik heb gezien en hij heeft op mij een onuitwisbare indruk nagelaten. Ter vergelijking: in 1996 maakte Rod Hardy een remake van deze film en ik heb die gezien op 16/8/2009. Vraag me echter niet meer wat ik daarvan vond: ik herinner mij er niets meer van. Terwijl ik me van de Disneyfilm haast nog elke belangrijke scène (de aanvang als men de Nautilus voor een zeemonster houdt, het gevecht met de octopus, de begrafenis op de zeebodem…) voor de geest kan halen.
Het dient overigens gezegd dat de film een einde heeft gemaakt aan de grote ruzie tussen Walt Disney en zijn grote concurrent Max Fleischer, de geestelijke vader van Betty Boop, Popeye the Sailor, Rudolph the Red-Nosed Reindeer en Superman. Deze apprecieerde het immers dat Disney ondanks die ruzie een beroep deed op zijn zoon Richard om zijn eerste superproductie te verfilmen. Disney baseerde zich op de familiekomedie The Happy Time (1952) van Fleischer. Het scenario van deze film was van Earl Felton en ook hij werd door Disney gecontracteerd. Fleischer en Felton hadden vroeger al samengewerkt en films afgeleverd als Armored Car Robbery (1950) en The Narrow Margin (1952).
Er bestaat ook nog een stille versie van “20.000 mijlen”, namelijk van Stuart Palin in 1916 met Allan Holubar en Dan Hanlon in de hoofdrollen. Deze versie heb ik helaas nog niet gezien.
Ronny De Schepper
Het was één van de eerste films die ik heb gezien en hij heeft op mij een onuitwisbare indruk nagelaten. Ter vergelijking: in 1996 maakte Rod Hardy een remake van deze film en ik heb die gezien op 16/8/2009. Vraag me echter niet meer wat ik daarvan vond: ik herinner mij er niets meer van. Terwijl ik me van de Disneyfilm haast nog elke belangrijke scène (de aanvang als men de Nautilus voor een zeemonster houdt, het gevecht met de octopus, de begrafenis op de zeebodem…) voor de geest kan halen.
Het dient overigens gezegd dat de film een einde heeft gemaakt aan de grote ruzie tussen Walt Disney en zijn grote concurrent Max Fleischer, de geestelijke vader van Betty Boop, Popeye the Sailor, Rudolph the Red-Nosed Reindeer en Superman. Deze apprecieerde het immers dat Disney ondanks die ruzie een beroep deed op zijn zoon Richard om zijn eerste superproductie te verfilmen. Disney baseerde zich op de familiekomedie The Happy Time (1952) van Fleischer. Het scenario van deze film was van Earl Felton en ook hij werd door Disney gecontracteerd. Fleischer en Felton hadden vroeger al samengewerkt en films afgeleverd als Armored Car Robbery (1950) en The Narrow Margin (1952).
Er bestaat ook nog een stille versie van “20.000 mijlen”, namelijk van Stuart Palin in 1916 met Allan Holubar en Dan Hanlon in de hoofdrollen. Deze versie heb ik helaas nog niet gezien.
Ronny De Schepper
Korte inhoud:
Het is het jaar 1866. Onder zeelieden doen verhalen de ronde over een zeemonster dat al vele schepen aanviel en tot zinken bracht. Professor Pierre M. Aronnax en zijn assistent Conseil zijn op weg naar Saigon, maar komen vast te zitten in San Francisco omdat vrijwel geen enkele kapitein de zee op durft. Aronnax wordt in San Francisco geïnterviewd over het monster en zijn antwoorden worden zo geïnterpreteerd dat wordt gesteld dat Aronnax in het bestaan van dit monster gelooft. Hierop wordt Aronnax door de Amerikaanse overheid uitgenodigd om op expeditie te gaan om het monster op te sporen.
Aronnax en Conseil enteren een Amerikaans oorlogsschip. De reis verloopt uitermate frustrerend, mede door de muziek van harpoenist Ned Land. De zoektocht levert niets op en de kapitein beveelt huiswaarts te keren. Op dat moment duikt het monster op en ramt het schip. De klap slingert Ned, Aronnax, en Conseil overboord. Het beschadigde schip drijft weg en de drie mannen blijven alleen achter in de zee. Dan duikt het monster op en blijkt het een door mensen gemaakte onderzeeboot. De drie gaan in het geheim aan boord. Binnen zien ze door een van de ramen hoe een groep mannen in duikpakken een begrafenis houdt op de zeebodem voor een gedood bemanningslid.
Zodra de bemanning van de duikboot terugkeert, worden Ned, Aronnax, en Conseil ontdekt. Ze worden gevangen en voor de kapitein gebracht. Deze stelt zichzelf voor als Nemo, kapitein van de Nautilus. Hij heeft het niet zo op indringers en wil de drie overboord laten zetten. Dan herkent hij Aronnax als een beroemde zeebioloog en verandert van gedachten. Hij zal het leven van de drie sparen, maar ze mogen de Nautilus nooit verlaten.
Nemo's kennis en technologie maken een grote indruk op Aronnax. Ned en Conseil zijn minder enthousiast. Nemo neemt de drie mannen mee op een expeditie op de zeebodem om voorraden in te slaan. Ned wordt aangevallen door een haai wanneer hij een schatkist probeert te stelen uit een gezonken schip, waarna Nemo hem eraan herinnert dat goud en juwelen niets waard zijn op de Nautilus. Aronnax raakt gedurende de reis steeds meer onder de indruk van Nemo’s vaardigheden. Nemo herinnert Aronnax eraan dat het geheim van de Nautilus nooit mag uitlekken, daar de technologie van het schip zijn tijd ver vooruit is en in verkeerde handen een gevaarlijk wapen vormt.
Op een dag toont Nemo Aronnax een strafkolonie en onthult dat hij en zijn bemanning ook ooit gevangenen waren. Wanneer de Nautilus vertrekt, beveelt Nemo eerst een schip vol wapens tot zinken te brengen. Hij verdedigt zijn actie met de stelling dat hij zo mogelijk duizenden levens heeft gespaard. Voor Aronnax is een wraakmotief duidelijk.
`Ned maakt ondertussen een ontsnappingsplan. Hij sluipt Nemo’s hut binnen en vindt een kaart met de locatie van een verlaten eiland dat Nemo als haven gebruikt. Hij schrijft de coördinaten op een papiertje, stopt deze in een fles en gooit de fles overboord in de hoop dat iemand hem vindt. Wanneer de Nautilus tijdelijk vastloopt op een koraalrif voor de kust van Nieuw-Guinea, probeert Ned te ontkomen. Hij vlucht terug naar de Nautilus wanneer hij een groep kannibalen tegen het lijf loopt. Nemo laat Ned opsluiten vanwege zijn ontsnappingspoging.
Wanneer de Nautilus door de vloed wordt bevrijd van het koraalrif, duikt er een oorlogsschip op dat een groot gat in de romp schiet. Door het binnenstromende water zinkt de Nautilus naar grote diepte en trekt daar de aandacht van een reuzeninktvis. Het monster volgt de Nautilus naar de oppervlakte, waar een gevecht losbreekt. In het gevecht wordt Nemo door een van de tentakels gegrepen, maar gered door Ned.
Wanneer de Nautilus Nemo’s eiland nadert, blijkt dit te zijn omgeven door oorlogsschepen. Op het eiland zelf zien Nemo en zijn bemanning een groot aantal soldaten. Nemo besluit zijn haven liever te vernietigen dan zijn uitvindingen in verkeerde handen te laten vallen. Wanneer hij terugkeert naar de Nautilus, wordt hij echter dodelijk getroffen door een kogel. Zwaargewond sleept Nemo zich terug naar de Nautilus en vaart naar de zeebodem met als doel de Nautilus daar voorgoed te laten rusten. Met zijn laatste woorden kondigt hij aan dat als hij sterft, de Nautilus ook zal sterven. Zijn bemanning blijft hem tot het einde trouw.
Aronnax, Conseil en Ned zijn tegen deze massale zelfmoord. Ned ontkomt aan de bemanning en stuurt de Nautilus terug naar boven. Onderweg ramt hij een rif en veroorzaakt een grote scheur in de wand van het schip. Ned redt Aronnax en Conseil en de drie ontkomen in een reddingsboot. De Nautilus zinkt weg. In de reddingsboot zien Ned, Aronnax en Conseil hoe het eiland ontploft met een grote paddenstoelvormige wolk als resultaat.
TECHNISCHE FICHE
|
ARTISTIEKE FICHE
|